De architectuur van het nieuwe kantoorgebouw is een directe afgeleide van de milieuvriendelijke en energiebewuste ontwerphouding. Zeer belangrijk bij een energiezuinig gebouw is het optimaliseren van de gebouwenschil. Het gebouw heeft een k-peil 30 en een E-peil 63.
Op de plaats waar voorheen oude, vervallen industriële gebouwen stonden, is er een park verrezen met aan de noordrand de nieuwe zetel van Bayer. Dit park werd aangelegd in een strakke vormgeving die voortvloeit uit de architectuur van het gebouw.
In de noordgevel werden enkel de noodzakelijke raamopeningen gemaakt. Deze zijde van het gebouw werd thermisch zeer goed geïsoleerd. Op deze gevel is een 80m lange LED-wand aangebracht met bewegende beelden. Hierdoor zal ook ’s avonds het gebouw zichtbaar zijn vanuit de trein of vanaf de Brusselse Ring.
De zuidgevel is daarentegen volledig beglaasd en voorzien van een uitkragende voorzetgevel met daglichtgestuurde lensvormige aluminium lamellen. In de winter openen de lamellen zich om licht en – indien gewenst – warmte binnen te brengen. In de zomer sluiten ze zich om oververhitting door de zon tegen te gaan. Bij gesloten toestand komt er een decoratieve print op de lamellen tevoorschijn die het gebouw actief kleurt.
Het gezonde binnenklimaat in de kantoren is een gevolg van de maximale integratie van energiezuinige technologieën in een innovatief totaalconcept.
De verwarming en koeling van het gebouw werkt op betonkernactivering. Dit betekent dat in de prefab betonnen vloerelementen kunststof leidingen geïntegreerd zijn waardoorheen warm of koud water stroomt (naargelang er behoefte is aan verwarming of koeling). Hierdoor wordt de massa van de betonplaat op temperatuur gebracht. Door straling wordt energie uitgewisseld met de onderliggende kantoren, waardoor de warmtevraag of koellast kan worden opgevangen. Deze betonkernactivering wordt gevoed via een warmtepomp die zijn energie onttrekt aan de bodem via Boorgat-Energie-Opslag (BEO).
De ventilatielucht wordt in eerste instantie aangezogen doorheen grond-lucht warmtewisselaars. Dit zijn kunststof ventilatiekanalen die in volle grond werden aangelegd.
Foto’s: Toon Grobet en Marc Sourbron